donderdag 7 juni 2012

Zacharias: teken voor minder dagen

Soera 3:38-41
38. Daar bad Zakaria tot zijn heer, hij zei: "Heer, gun mij van u goede nakomelingen, u verhoort (het) gebed."
Dat "daar" is "het heiligdom". Welk heiligdom? De tempel in Jeruzalem. De Koran zegt dat wel niet, maar de Koran zegt wel meer niet. Voor de echte informatie hebben we een ander boek, de Bijbel. Om precies te zijn: het eerste hoofdstuk van Lukas. De witjes kunnen we aan de hand daarvan invullen:
5. In de dagen van Herodes, de koning van Judea, was er een priester (...) van wie de naam Zacharias was. En zijn vrouw behoorde tot de dochters van Aäron en haar naam was Elizabet. (...) [7] En zij hadden geen kind, omdat Elizabet onvruchtbaar was en zij beiden op hoge leeftijd gekomen waren. [8] Terwijl hij het priesterambt bediende voor God (...) gebeurde het [9] dat hij, volgens de gewoonte van de priesterdienst, door loting werd aangewezen  om de tempel van de Heere binnen te gaan en  het reukoffer te brengen. (...) [11] En er verscheen aan hem een engel van de Heere, die aan de rechterzijde van het reukofferaltaar stond. (...) [13] (...) de engel zei tegen hem: Wees niet bevreesd, Zacharias, want uw gebed is verhoord...
We lezen hier niet dat Zacharias tijdens het brengen van het reukoffer bad om een kind. Daar zal hij misschien wel vaak om gebeden hebben, maar vast niet op dat moment. Wel krijgt hij op dat moment te horen dat zijn gebed verhoord is. De samenvatting van de Koranschrijver in soera 3 is kort. Te kort.
39. Toen spraken de engelen tegen hem terwijl hij stond te bidden in het heiligdom: "Dat Allah je goed nieuws brengt over Jahia, bevestiging van het woord van Allah, en eerbaar, en goed, en een profeet van rechtvaardigen".
Dit is een opvallend fraai vers, dat door moslimvertalers op één punt nadrukkelijk anders wordt vertaald, namelijk: "bevestiging van een woord van Allah". Uit de Bijbel weten we dat hier op Jezus wordt gedoeld, het woord van God. Maar afgezien van de vertaling is er wel meer gerommeld. Hier is het origineel, opnieuw uit Lukas:
13. Maar de engel zei tegen hem: Wees niet bevreesd, Zacharias, want uw gebed is verhoord en uw vrouw Elizabet zal u een zoon baren en  u zult hem de naam Johannes geven. [14] En er zal blijdschap en vreugde voor u zijn en velen  zullen zich over zijn geboorte verblijden, [15] want hij zal groot zijn voor de Heere. (...) [16] en  hij zal velen van de Israëlieten bekeren tot de Heere, hun God.
Vergeleken hiermee is de Koranpassage toch een beetje flets. Bovendien kunnen we hier lezen dat de 'rechtvaardigen' 'van de Israëlieten' zijn. Het is geen toeval dat de Koranschrijver dit belangrijke gegeven uit zijn tekst heeft weggelaten, want voor de Joden heeft de Koran geen goed woord over.
40. Hij zei: "Mijn Heer, wanneer zal ik een zoon krijgen? Ik heb een hoge leeftijd bereikt en mijn vrouw is onvruchtbaar." (De engel) antwoordde: "Allah doet wat hij wil."
41. Hij zei: "Heer, geef mij een teken!" (De engel) antwoordde: "Je teken zal zijn dat je drie dagen niet tegen mensen zal spreken behalve met gebaren. En denk veel aan de heer en vereer hem in de avond en de morgen."
Ook hier zijn er weer overeenkomsten en afwijkingen, zoals de theologische uitspraak "Allah doet wat hij wil" en de gebedsinstructie. Maar het opvallendste verschil is het aantal dagen dat Zacharias niet zou spreken. Dat had namelijk ongeveer negen maanden moeten zijn. Opnieuw blijkt dat de Koranschrijver het originele verhaal van horen zeggen had en dat hij het niet helemaal goed had begrepen, en het vervolgens wat nog wat islamitischer heeft gemaakt. Jammer.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Op- of aanmerkingen? Plaats ze hier...