vrijdag 22 juni 2012

Gul met andermans geld

Soera 3:72-74
72. En sommigen van de mensen van het boek zeggen: "Geloof in de morgen wat geopenbaard is aan hen die geloven, en verwerp het aan het eind van de dag, misschien komen ze (ervan) terug."
73. Geloof (ze dus) niet, maar alleen hen die jullie religie aanhangen...
Het citaat van vers 72 is duidelijk vals, maar er zit vast een kern van waarheid in. Het zou namelijk best kunnen dat tijdgenoten van de eerste moslims met hen begaan waren (of zich zorgen maakten), zodat ze bereid waren om een eind met ze mee te gaan, hun gedachten te volgen, met als einddoel uiteraard om ze van de islam te bekeren. Maar de Koranschrijver ziet er alleen bedrog in.
(73.) Zeker, de (ware) leiding is de leiding van Allah; dat anderen gegeven mag worden wat jullie is gegeven, of dat ze met jullie in discussie gaan voor jullie heer. Zeker, de gaven zijn in de hand van Allah, hij schenkt die aan wie hij wil en Allah is rijk, alwetend.
Uit de verhalen over Mohammed weten we dat de materiële voorspoed van de moslims niet van Allah afkomstig was, maar van de landgenoten die ze beroofd hadden. Geld waar je zelf niet voor gewerkt hebt is betrekkelijk gemakkelijk ook weer weg te geven, vooral als de ontvangers je vrienden zijn:
74. Hij selecteert (mensen) om er genade aan te geven, en Allah is gul met onbeperkte gaven.
Nou ja, onbeperkt was het natuurlijk niet helemaal. Om deze belofte waar te maken moesten er steeds nieuwe stukken land worden ingenomen en uitgeklopt. Waar dat toe geleid heeft is vandaag nog te zien.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Op- of aanmerkingen? Plaats ze hier...