vrijdag 15 juli 2011

Rotleven

Soera 2:212


In dit stukje nemen we één vers onder de loep. Het sluit min of meer aan op vers 204, maar niet op het vorige vers (211), en ook niet op het volgende.

In vers 204 lazen we over het type mens dat in het leven veel moois ziet, terwijl de koranschrijver daaraan allerlei kwaad toedicht. Daar staat het type van vers 207 dan tegenover: de gelovige die zijn leven (dat volgens de koranschrijver dus toch al zuigt) opoffert voor Allah. Het volgende vers belicht deze zaken nog eens opnieuw van een iets andere kant.
212. Het leven lacht de mensen toe die het geloof verwerpen, en zij bespotten de gelovigen. Maar de oppassenden zullen boven hen staan op de dag van de opstanding. En Allah deelt onbeperkt uit aan wie hij wil.
Zoals we wel vaker zien lijkt het laatste deel van dit vers niet al te best te passen bij de rest. Want wanneer krijgen de gelovigen dan iets, in deze wereld of op de dag van de opstanding pas?

Het eerste deel van dit vers is echt onzin. Was het maar waar. Er zijn helaas miljoenen niet-moslims met een rotleven. Het tweede deel, dat de moslims uiteindelijk boven de niet-moslims zullen staan, zou in principe nog waar kunnen zijn. Maar ik denk eerlijk gezegd dat het niet zo zal lopen.

Het woord 'liefde' is hier nog niet gevallen. Graag had ik gezien dat moslims werden opgeroepen goed te zijn voor iedereen, uit liefde voor mensen of desnoods uit liefde voor God die die mensen kennelijk heeft gewild. Dat thema vinden we wel in het christendom. Het is onbegrijpelijk dat de islam, de religie die er prat op gaat de vroegere Bijbelse tradities in ere te herstellen, dat wezenlijke punt kennelijk helemaal heeft gemist.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Op- of aanmerkingen? Plaats ze hier...