zondag 20 februari 2011

Profeten

Soera 2:87b-88

Een typisch trekje van de Koranschrijver is dat hij niet zozeer zijn publiek oproept zich goed te gedragen, maar over hun hoofden tekeer gaat tegen anderen, meestal Joden. In soera De Koe begint zo'n tirade bij het tweede deel van vers 87:
(87) ... Wat?! Steeds wanneer er een boodschapper naar jullie kwam met een boodschap die jullie niet wensten, werden jullie brutaal. Dus noemden jullie sommigen leugenaars en sloegen jullie anderen dood.
88. Ze zeggen: "Onze harten zijn omhuld" Nee - Allah heeft hen vervloekt vanwege het ontkennen; ze geloven maar weinig.
Vers 87 is gericht tegen de mensen (Joden) die hadden moeten luisteren naar de serie 'boodschappers' na Mozes. Er volgen maar liefst vier beschuldigingen: 1) dat de Joden de boodschap niet wilden horen, 2) dat ze arrogant waren, 3) dat ze sommigen voor bedriegers uitmaakten en 4) dat ze andere profeten vermoordden.

Veel recht van spreken had de Koranschrijver niet: Mohammed en zijn vrienden luisterden alleen naar Mohammed, niet naar de woorden van Mozes en al helemaal niet naar die van Jezus.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Op- of aanmerkingen? Plaats ze hier...