dinsdag 4 oktober 2011

Nimrod?

Soera 2:258

De naam Ibrahim (Abraham) vinden we verspreid door de hele Koran, in deze soera bijvoorbeeld al eerder in vers 124 en verderop in vers 260. In dit vers, 258, treedt Ibrahim op in een twistgesprek met een onbekende die sommigen identificeren als Nimrod, volgens de Bijbel "de eerste machthebber op Aarde", heerser over Babel.
258. Heb je die (man) niet gezien die in discussie ging met Ibrahim over zijn heer, omdat Allah hem tot koning had gemaakt? Ibrahim zei: "Het is mijn heer die leven geeft en doodt". Toen zei hij: "Ík geef leven en maak dood!" Toen zei Ibrahim: Allah laat de zon in het oosten opkomen; laat jij die dan in het westen opkomen! Zo stond hij versteld, die ontkenner, en Allah is geen gids voor de onrechtvaardigen.
De eerste keer dat ik dit las vond ik het nogal onnozel overkomen. Een beetje kinderachtig zelfs. Het leek mij ook onwaarschijnlijk dat de tegenpartij zich zo gemakkelijk in de hoek liet drukken, vooral als die een wereldheerser van het formaat Nimrod was. Abraham had het waarschijnlijk niet naverteld.

Illustratie uit de Machzor van Leipzig,
omstreeks 1300, met een voorstelling
van Nimrod (links) en Abraham
(rechts) die door de hand van God
uit het vuur gered wordt
Dus hoe komt de koranschrijver aan dit verhaal? In de Bijbel komen Abraham en Nimrod elkaar niet tegen. Maar wel in de Talmoed (6e eeuw, toevallig ongeveer dezelfde tijd als het ontstaan van de Koran). Daar eist Nimrod van Abraham dat die hem als een god erkent. Maar verder gaat de overeenkomst niet, want in de Talmoed belandt Abraham in een oven. En dat beeld, een gelovige in de vlammen, dat kan natuurlijk niet. Zelfs al loopt Abraham er volgens de Talmoed even later ongeschonden uit, een thema dat trouwens uit het (veel oudere) boek Daniël komt. Jatwerk in het kwadraat dus.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Op- of aanmerkingen? Plaats ze hier...